maandag 17 oktober 2016

Vervelen

Column in eigenWijs 49, tijdschrift voor pedagogisch medewerkers Kinderopvang Humanitas

In mijn min of meer doodlopend straatje zie ik opeens kinderen lopen turend op hun telefoon. Op plekken waar ik normaal alleen wandelaars van een zekere leeftijd zie, kom ik opeens Pokémonspeurders tegen. Mee met papa en mama een stad bezoeken? Prima, misschien zie je er een steen Pokémon. Oma ophalen van Schiphol? Wie weet vind je er een flight Pokémon. Pokémon Go telt kortom vele zegeningen.
Wat je ook vindt van de Pokémon-rage kinderen bewegen en ze krijgen de vrijheid om zelfstandig op stap te gaan. Onder het juk uit van pap en mam, klaar met het georganiseerde vakantiekamp, weg van de activiteiten op de bso. Kinderen worden namelijk steeds meer geëntertaind. ‘Wij verdwenen vroegen een hele dag van de radar’, zegt mijn vader als hij zijn jeugd beschrijft. ‘Onze ouders hadden geen idee waar we uithingen.’ Kom daar nog eens om.
Een kant-en-klaaraanbod, dat is wat ook veel kinderen krijgen om de lange zomervakantie of de uren na schooltijd op te vullen. Een uitkomst voor werkende ouders, maar het kan ook een valkuil zijn. De BSO heeft als motto: alles mag en niets moet. Maar je moet als kind sterk in je schoenen staan om rustig in een hoekje een boek te blijven lezen. Of alleen maar voor je uit te staren.
Kinderen krijgen van alles te veel, las ik ooit in een artikel in de Volkskrant over ontwikkelingspsycholoog Gerrit Breeuwsma. Te veel spullen, aandacht, stimulans, etiketten als ADHD en dyslexie. Maar van een ding krijgen ze steeds minder: tijd. Tijd om niks te doen, voor zich uit te staren, te lummelen en zich te vervelen.
Niks doen, zegt Breeuwsma, staat hun ontwikkeling helemaal niet in de weg. Integendeel, verveling kan een bron van creativiteit zijn. ‘Veel kunstenaars en wetenschappers melden dat aan hun grootste ontdekkingen een periode van leegte voorafging, en zo werkt het ook bij kinderen. De ene activiteit is afgelopen, de andere heeft zich nog niet aangediend en dan moeten ze dus bedenken: wat zal ik nu eens gaan doen? Als je ze de ruimte laat, komen ze vanzelf wel met een oplossing.’
Tegelijkertijd moet je niks doen ook niet idealiseren, zegt de tegenbeweging. Een groot deel van de Nederlandse kinderen krijgt een erg mager aanbod. Het is de happy few die van balletles, naar hockey, naar piano jakkert.

Professionals die zich met kinderen bezighouden, moeten dus zoeken naar een juiste balans tussen bewegen en rust, tussen drukke activiteitenprogramma’s en even lekker aan je lot overgelaten worden, tussen het stimuleren van de ontwikkeling van kinderen en het stimuleren van de zelfredzaamheid en de fantasie.