donderdag 13 maart 2008

Christelijke kinderopvang

Column in Management Kinderopvang 3/2008

In de Werkgroep Onderwijs en Kinderopvang zitten twaalf afgevaardigden vanuit het onderwijs en vier vanuit de kinderopvang. Dat komt voornamelijk omdat het onderwijs zo verzuild is. Iedere zuil wil zijn eigen mannetje (of vrouwtje) bij dit overleg hebben. Gelukkig kennen wij een dergelijke verkokering niet, verzucht de kinderopvang dan.
Maar hoe lang blijft dat nog zo? Toevallig las ik onlangs op één dag twee berichten over christelijke kinderopvang.
Het allereerste was een nieuwsbericht over de oprichting van een christelijke gastouderbureau in Veenendaal. Volgens de manager van het nieuwe gastouderbureau is er behoefte aan gastouderopvang met een christelijke identiteit: ‘Als organisatie willen we graag werken vanuit deze identiteit. We geven dit vorm door van onze gastouders te vragen dat zij de bijbelse waarden en normen onderschrijven.’
Even later zag ik voor de tweede keer de woorden christelijk en kinderopvang met elkaar in verband gebracht. In de column van Marleen Barth, voorzitter van de onderwijsbond CNV: ‘De Clausschool heeft niet, zoals veel scholen hebben gedaan, de buitenschoolse opvang uitbesteed aan een reeds bestaand bedrijf voor opvang. Met eigen initiatief wordt de opvang aan het eigen schoolgebouw aangeboden. Kinderen van nul tot twaalf jaar kunnen er nu terecht. Wat het helemaal uniek maakt: de kinderopvang past bij de christelijke identiteit van de school.’
Toeval of trend? Feit blijft dat ook het katholieke, christelijke en niet te vergeten het islamitische onderwijs nog steeds levensvatbaar zijn. Ook in een ontkerkelijkte samenleving blijven ouders kiezen voor deze scholen. De vraag is of dat echt vanwege de godsdienstige identiteit van de school is. Of is het een keuze voor een school met ‘ons soort ouders’?
In ieder geval vinden basisonderwijs en kinderopvang elkaar steeds beter. Zelfs christelijk scholen, met vaak een meer traditionele opvatting over de taak van de moeder, vinden het geen bezwaar om op de speelplaats een bso-box neer te zetten. Daarmee trek je de verzuiling in de vrije tijd van kinderen, zeggen tegenstanders verontwaardigd. En dat aan het begin van de 21e eeuw! Maar zoals er behoefte is aan scholen met een eigen signatuur, is er in de toekomst misschien ook wel behoefte aan kinderopvang met een eigen gezicht. Dan weet je als ouders tenminste zeker dat kindercentrum Wolkewietje echt anders is dan kindercentrum Pinkeltje. Of dat dan ook meteen verzuilde kinderopvang moet zijn, is een andere vraag.
Crashtest

Column in Management Kinderopvang 2/2008

Elsevier heeft haar lijst van beste ziekenhuizen, Trouw van beste scholen, de Volkskrant kwam met een lijst van beste verpleeghuizen. Laten wij het AD nu eens een lijst van beste kinderdagverblijven bezorgen, dacht de Nationale Crèchetest waarschijnlijk. Maar het AD plaatste geen lijst en ging met de resultaten aan de haal. De prachtige cijfers - gastouderbureaus 8,4; kinderdagverblijven 8,0; en naschoolse opvang 7,8 – kregen nauwelijks aandacht. Wel prijkte op de voorpagina de kop ‘Kinderopvang schiet tekort’. In het artikel verder kritische opmerkingen over de bso uit de mond van Louis Tavecchio en Wendeline van Luijk, mede-organisator van de crèchetest. Dit was geen crèchetest, dit kun je beter een crashtest noemen.
Persbureaus ANP en Novum pikten het AD-nieuws snel op en daarom volgden er nog wat kranten. Zoals Trouw: ‘Ouders willen betere kinderopvang’; Gooi- en Eemlander: ‘Kwaliteit buitenschoolse opvang kan nog beter’ en als uitsmijter De Pers: ‘Kwaliteit van de kinderopvang is slecht’.
Werk aan de winkel dus voor de kinderopvang om die mooie cijfers wél voor het voetlicht te brengen. Zelfde zaterdag, om half 12, op de website van Omroep Brabant: ‘Kinderopvang Helmond beste van Nederland’. Was het Helmondse kinderdagverblijf Pantomime dat de lijst aanvoert zo slim om de locale media te tippen of was het een journalist die de lijst naploos op zoek naar de positie van lokale organisaties in de Top 25?
Lijstaanvoerder of hekkensluiter: de aanval is in zo’n geval de beste verdediging. Zelfs kinderdagverblijf nummer 25 had namelijk nog een rapportcijfer van 8,4 en bij de bso nog steeds een mooie 7,5. Maar waar was de branchevertegenwoordiger die uitlegde dat dit prachtige cijfers zijn? Zeker gezien de grote uitbreidingsoperatie van het afgelopen halfjaar. De MOgroep liet weten dat de ‘Crèchetest leidt tot een eenzijdig en negatief beeld in de media’. Daarmee zet ze zichzelf neer als een slechte verliezer die de boodschapper de schuld geeft. Wie klaagt over de pers trekt altijd aan het kortste eind. Maar wat erger is, ze leidt de aandacht af van deze mooie cijfers. Natuurlijk kun je kritiek hebben op de onderzoeksmethoden. En natuurlijk moet de AD-koppenmaker op staande voet ontslagen worden. Maar waarom met zulke cijfers nog bakkeleien over de pers of de onderzoeksmethode? Be good and tell it. Daarvoor was dit dé gelegenheid