vrijdag 25 juli 2014

Kennismaken met de nieuwe wethouder



Column in Management Kinderopvang, 4 2014

Alle kinderen vanaf 2,5 jaar naar een peuterspeelzaal, gefinancierd door de gemeente. Dat is het plan van de VNG en dat is door minister Asscher subtiel van tafel geveegd. Hij vindt dat het voorstel het niet overzichtelijker maakt voor ouders. Gemeenten regelen twee dagdelen in het VNG-plan, voor de andere dagen moeten ouders zelf opvang regelen. Minister Asscher wil maar één vorm van peuteropvang. De vergoeding daarvoor komt wel uit verschillende portemonnees, die van de gemeente en van het Rijk.
Bijna iedereen in de branche vindt dat er een basisvoorzienig voor jonge kinderen moet komen. Wat is de beste stap in die richting? Een eenduidige financiering of een eenduidige voorziening. Ik denk het laatste.
De basis van de gedachtegang van de VNG is een geforceerde tegenstelling tussen commerciële kinderopvang aan de ene kant en gemeentelijke peuterspeelzalen en onderwijs aan de andere kant. En niet alleen de gemeenten kijken er zo tegenaan. In de Volkskrant (14 februari) hebben ze het in hun berichtgeving naar aanleiding van het VNG-voorstel over ‘staatsschool’ en lijkt alle heil te moeten komen van het onderwijs. NRC Next spreekt over peuterklassen: ‘twee-, drie- en vierjarigen moeten naar school als het aan Nederlandse gemeenten ligt’ (16 februari).
Het lijkt alsof gemeenten de regie willen houden (of terugkrijgen) over de jonge leeftijd? Maar eerst hebben veel van hen die uit handen gegeven door flink te bezuinigen op het peuterspeelzaalwerk, zodat alleen nog doelgroepkinderen er gebruik van kunnen maken. Als ze daarbij een betere aansluiting met het onderwijs als argument gebruiken, vergeten ze dat ze de regie over het onderwijs al lang kwijt zijn.
Zelfs over het openbaar onderwijs heeft de gemeente in de praktijk niets meer te zeggen. De grote schoolbesturen die het onderwijsveld langzamerhand zijn gaan domineren, zijn niet meer of minder commercieel dan de gemiddelde kinderopvangorganisatie. Wethouders en gemeenteraden hebben vaak alleen nog de mogelijkheid om met het mes op de keel een begroting goed te keuren. Soms zelfs dat niet eens. Kunnen gemeentebesturen nog invloed uitoefenen met huisvestingsgelden, binnenkort is dat ook voorbij en gaat het geld rechtstreeks naar de schoolbesturen.
Maakt dat het gemeentebestuur vleugellam? Ook dat niet. Wethouders die de communicatie naar alle partijen open en transparant houden, hebben wel degelijk invloed. De gemeente is bijvoorbeeld dé partij om een eind aan de versnippering te maken van het aanbod aan kinderen. Of het nu gaat om voor- of naschoolse voorzieningen, om jeugdzorg of passend onderwijs de gemeente is een spin in het web.
Dat maakt het voor de kinderopvang zaak om na 19 maart snel kennis te gaan maken met de nieuwe wethouder.