Mijn jongste dochter heeft vanaf dit schooljaar een
continurooster. De ouders is vorig jaar, zoals het hoort, in een enquête
gevraagd of ze voor of tegen waren. Een nipte meerderheid stemde voor. Ik ook,
na enige aarzeling. Mijn dochter wil graag alle dagen overblijven met haar
klas. En ik besef best dat de oude schooltijden niet meer van deze tijd zijn.
Ik herinner me nog die eerste dag dat ik mijn oudsten (tweeling) naar school
bracht en me hogelijk verbaasde over het continu brengen en halen. Het continu
op je horloge kijken of het nog geen tijd was. Sinds mijn moeder mij naar de
kleuterschool bracht, was er niets veranderd. Hoe is het mogelijk, dacht ik. Ik
was zo aan de kinderopvang gewend, aan ’s morgens brengen en aan het eind van
de dag halen.
Maar inmiddels is mijn ritme aangepast aan het schoolregime
en vind ik het heerlijk dat ik er tussen de middag nog geregeld eentje thuis
heb. Of twee of drie, als er vriendinnetjes mee komen om een boterham te eten
of tosti’s of een broodje knakworst.
Dat is voorbij. En dat is goed, maar het vervult ook met
weemoed. Ik heb het idee dat instanties die zich beijveren voor andere
schooltijden die weemoed onderschatten. Sowieso ziet men in discussies over
kinderopvang nog wel eens over het hoofd dat het ouders niet uitsluitend om
efficiency te doen is. Daarom slaan goedbedoelde initiatieven als
warme-maaltijden of een kapper op de kinderopvang of zwemles vanuit de bso vaak
niet aan.
Quality time met je kinderen zit namelijk niet alleen in
samen een spelletje doen of naar Artis, maar ook in gewone dingen samen doen: naar
de kapper gaan, naar zwemles en vooral samen eten. Ooit hoorde ik een mooie uitspraak
van een tegenstander van kinderopvang. ‘Je huurt toch ook geen gezelschapsdame
om je man bezig te houden’, zei ze. Of een ander die pleitte voor het
fulltime-moederschap: ‘Je kunt nog zo’n goede voetballer zijn, maar als je
slechts een kwartiertje speeltijd krijgt, wordt het lastig om je team naar de
overwinning te helpen.’
Het moet ouders makkelijk gemaakt worden om meer uren te
werken. Terecht. ‘It’s the economy, stupid’, zei Bill Clinton in 1992. Het
draait om de economie is een sindsdien veel gehoorde boodschap. Maar waarvoor
dient de economie als het niet voor ons welzijn is? Ik denk dat ouders en
kinderen vooral baat hebben bij een ontspannen samenleving, met voldoende tijd
voor hun kinderen. En ik ben daarom groot voorstander van parttime werken, voor
mannen en vrouwen, voor laag- en voor hoogopgeleiden. En dus ook parttime naar
de kinderopvang. Dat houdt het voor iedereen leuk.