Lekker klein groepje
Column in Management Kinderopvang 08/09 2010
Ik vind dat kwaliteit niet alleen zit in minder kinderen, zegt Nina Hoogenboom eigenaar van een kinderopvangorganisatie in Management Kinderopvang van mei jl. ‘Wij hebben een huishoudelijke medewerker, die dagelijks de medewerkers ontlast. Dát is pas kwaliteit.’
Opvallend is dat de discussie over groepsgrootte ook in het onderwijs woedt. Veel scholen hebben moeite om hun formatie rond te krijgen. Het is voor directeuren een moeilijke puzzel in de laatste weken van het schooljaar. Hier voegen ze een groep samen, daar laten ze een gymles vervallen of geven groepen extra margedagen. Eigenlijk moeten we toe naar een compleet andere opzet, verzuchtte een schooldirecteur onlangs. Niet meer een volle klas met een leerkracht ervoor, zoals we dat al eeuwenlang doen. Zet beroepskrachten in van het niveau dat nodig is. Dat wil zeggen soms een huishoudelijk medewerker, dan weer een klassenassistent, een onderwijsassistent, een ambulant begeleider, een vakleerkracht van handvaardigheid of een remedial teacher. Niet dat de puzzel dan gemakkelijker wordt, maar voor het geld van een leerkracht kunnen meerdere klassenassistenten aan het werk.
Hetzelfde principe geldt in de kinderopvang. We willen meer differentiatie in het personeelsbeleid. Om de kwaliteit van de kinderopvang te verhogen en om pedagogisch medewerkers meer doorgroeimogelijkheden te bieden. Een HBO-opgeleide pedagogisch medewerker doet ontwikkelingsgerichte spelletjes met de kinderen, een huishoudelijke hulp dekt de tafel en de andere pedagogisch medewerkers zijn bezig met hun dagelijkse activiteiten.
Dat betekent wel dat de deuren open moeten en de groep bij tijd en wijlen groter wordt. Struikelblok zijn de ouders. Die voelen zich prettiger bij een klein groepje. Ook in het basisonderwijs. Maar wat klein is verschilt voor de ouders van een vierjarige van de ene dag op de andere. Lekker klein klasje, stellen ze tevreden vast als de nieuwe kleuterklas achttien kinderen telt. Van een groep van achttien in de kinderopvang waren ze zich doodgeschrokken.
Meer aandacht voor het kind zit niet alleen in minder kinderen, zegt Hoogenboom dan ook terecht. Uit onderzoek naar klassengrootte in het onderwijs blijkt dat leerlingen in grote klassen niet minder goed presteren.
Probleem is wel dat nu al de leidster-kindratio voor nauwelijks meer te volgen is. Daarom werken de covenantpartijen aan een eenvoudiger model. Hopelijk durven ze over hun eigen schaduw heen te springen en bekijken ze groepsgrootte in een breed kader.