Offensief tegen praktische bezwaren
Column in Management Kinderopvang, juni/juli 2009
De bovenschoolse manager die zegt kinderopvang en peuterspeelzaal het liefst onder zijn eigen dak te willen brengen; de schooldirecteur die in zijn plan van aanpak voor de brede school schrijft dat het onderwijs dominant is; de denktank die bij de ontwikkeling van een nieuw concept voor school en kinderopvang vergeet om de kinderopvang uit te nodigen: ik ben ze de afgelopen maanden alle drie tegengekomen.
Worden kinderopvangorganisaties overruled? Gaat het onderwijs de kinderopvang overnemen? In ieder geval lijkt het onderwijs plots zin gekregen te hebben in brede scholen en buitenschoolse opvang. Maar zo gemakkelijk gaat dat niet. Het onderwijs mag dan om zijn voor de kinderopvang, nog lang niet alle ouders zijn dat. Zelfs het vijf-gelijke-schooldagen-project in Hilversum, dat met veel tamtam in het NOS-journaal werd aangekondigd, stuit op groot verzet van ouders en leerkrachten. Dat is te verwachten, want zelfs de kleinste wijziging in de schooltijden doorvoeren, is al moeilijk.
Daarom verwondert het mij dat ouders van basisschoolleerlingen zo slecht vertegenwoordigd zijn in alle gremia waarin over dagarrangementen of andere schooltijden wordt gesproken. BOinK is er wel vaak bij, maar die vertegenwoordigt de ouders in de kinderopvang. En dit gaat alle ouders aan. Hoe goed het ook gaat met de buitenschoolse opvang, het merendeel van de kinderen gaat er niet heen. En van de bso-kinderen gaan de meeste slechts een beperkt aantal dagen. Bovendien gaan er maar heel weinig bovenbouwkinderen naar de bso. De meeste ouders hebben dus geen of slechts een klein beetje feeling met de buitenschoolse opvang.
Gaat het om aanpassen van de schooltijden of invoeren van dagarrangementen dan wordt dus gesproken over maatregelen voor grote groepen kinderen en hun ouders die daar helemaal niets mee van doen hebben. De noodzaak, waarvan bestuurlijk Nederland overtuigd is, dringt dan ook helemaal niet door bij deze groep. Zij zien alleen de praktische bezwaren van het omgooien van hun persoonlijke werk-en-zorgschema of de consequenties voor het lesrooster.
Hoe verkoop je dan een dergelijke visie? Niet door het aan scholen of schoolbesturen over te laten. Die noemen argumenten als efficiency voor de buitenschoolse opvang en voor werkende ouders of maatschappelijke ontwikkelingen die niet te stuiten zijn. Daar wordt geen ouder warm van. Kinderopvang moet meer investeren in de ouders die (nog) geen kinderen op de bso hebben. Pas als zij kan laten zien wat de meerwaarde is voor deze kinderen, zijn ouders bereid om hun tegenstand te laten varen.