dinsdag 22 april 2008

Hangjongeren

column in EigenWijs nr. 18, Tijdschrift voor pedagogische medewerkers van Kinderopvang Humanitas, maart 2008

‘Winkelmeisjes die tegen de toonbank hangen en alleen met elkaar in gesprek zijn: daar erger ik me aan.’ Dat zei laatst een pedagogisch medewerker tegen me die een cursus klantvriendelijkheid volgde. ‘Leidsters die in de bank hangen als ouders binnenkomen: daar erger ik me aan.’ Dat zei laatst de trainer van zo’n klantvriendelijkheidcursus. ‘Leraren die tijdens een ouderavond tegen de kastenwand hangen terwijl de directeur de ouders toespreekt: daar erger ik me aan.’ Dat zei laatst een schoolhoofd tegen me. Het is duidelijk: hangen wekt geen positieve gevoelens bij mensen op. Hangen straalt vervelingen en onverschilligheid uit. Denk maar aan de overlast van hangjongeren wat elke dag de kranten haalt.
Zijn leidsters in de kinderopvang hangjongeren? Nee, daar hebben ze het te druk voor. Maar er zijn wel kritieke momenten, tijdens de breng- en haalmomenten bijvoorbeeld. Ook gewoon zitten, kan dan namelijk snel hangen worden. Niet het zitten en ondertussen een spelletje doen, maar wel het zitten met een kind op schoot. Hier wordt niets gedaan, straalt zo iemand uit. Hier wordt gezeten. En daar erger ík me aan.
Aan de leidster die ’s morgens vroeg met een ouder zit/hangt te ouwebetten als ik mijn kind breng. Flauw? Misschien wel, maar het gebeurt niet één keer, het gebeurt dagelijks. Althans alle dagen dat ik daar kom. En dan is het toch zeker al negen uur. Vader installeert zich ieder ochtend genoeglijk met zoon op schoot en praat, over de vakantie, over de huizenmarkt, over de hypotheek, over het weer. Over van alles, behalve over zijn kind.
Natuurlijk is het voor pedagogisch medewerkers moeilijk om alle ouders evenveel aandacht te geven. Om je de claimende vader van het lijf te houden en om tijd te maken voor de bescheiden vader. Maar toch vraag ik me af wat er zou gebeuren als de medewerkster niet in haar stoel zou hangen? Als ze op de grond een blokkentoren bouwt met een kind, als ze samen met een kind een puzzeltje maakt, zou die vader dan nog zo uitgebreid de tijd nemen? Blijkbaar straalt de medewerkerster uit dat ze niets te doen heeft. Hoezo niets te doen, denk ik dan. Het is negen uur, dan is het heel goed te verkopen dat je helemaal geen tijd meer hebt voor ouders, maar alleen nog tijd voor de kinderen.